Heel wat geloofsinzichten worden niet meer au sérieu genomen. Zo wordt bijvoorbeeld het concept drie-eenheid nu weggezet als een spitsvondigheid van middeleeuwse theologen. Nochtans verenigt
dat begrip in zich alle godsbeelden die de mensheid kent. De Bijbelse God is zoals God behoort te zijn: allesoverstijgend (de Vader), kenbaar en aanspreekbaar (de Zoon) en een steeds bereikbare
bron van inspiratie en van kracht (de Geest).
elke uitleg schiet tekort
De God die aan de oorsprong ligt van een niet te vatten, onmetelijk heelal is uiteraard nog moeilijker te vatten dan zijn schepping. We kunnen zijn persoonlijkheid niet analyseren en begrijpen.
Elke uitleg over Gods wezen schiet tekort: God is en blijft een mysterie!
Toch kan Hij deels begrepen worden en het is nuttig om na te denken over wie Hij is: mijn (afwezigheid van) godsbeeld beïnvloedt mijn visie op mijzelf en op de medemens, mijn morele
overtuigingen, mijn waardeschaal, mijn geloofsbeleving, mijn maatschappijvisie... En een overheersend godsbeeld of ideologie beïnvloedt de cultuur, zoals ten overvloede blijkt bij vergelijking
van de westerse wereld met het verre oosten, de moslimlanden, het communistische blok van weleer…
Het feit dat we over die onmetelijke God ook zinnige dingen kunnen zeggen, ligt besloten in de Bijbelse stelling dat we gemaakt zijn naar Gods beeld, en in Gods oproep om Hem ook lief te hebben
"met het verstand". Maar onze ambities blijven beperkt: niet alles kan rationeel worden gevat.
Paulus weet waar God gedomicilieerd is
Het zijn vooral inzichten die nuttig zijn voor het leven hier en nu die ons interesseren. En zo'n praktische inzichten vinden we overvloedig in de Bijbel. Jezus toonde weinig interesse voor
theologische of filosofische discussies. Mensen kunnen zich daar achter verschuilen en Jezus speelde dat spel niet mee: Zijn respons was meestal bondig en Hij liet ook heel wat vragen
onbeantwoord.
Paulus bevestigt dat er, wat God betreft, veel is dat ons petje te boven gaat: "Hij alleen is onsterfelijk en Hij woont in een ontoegankelijk licht. Geen mens heeft Hem ooit gezien of kan Hem
zien."(1) Paulus weet waar God gedomicilieerd is, maar hij weet ook dat dit hoofdkwartier voor de mens onbereikbaar is.
Elders schrijft Paulus hoe hij veertien jaar daarvoor werd opgenomen in de derde hemel – in het lichaam of buiten het lichaam, hij weet het niet. Hij mocht binnenkijken in het paradijs en hij
hoorde daar "woorden die door geen mens mogen worden uitgesproken"(2). Paulus blijft consequent en gaat niet dieper in op wat hij daar gezien
heeft. We blijven dus op onze honger zitten.
We weten slechts in beperkte mate hoe die spirituele wereld functioneert en worden ook niet aangespoord om dat domein te exploreren, integendeel! We houden ons “aan wat geschreven staat”(3) en zoeken niet naar esoterische kennis voor geïnitieerden. Wie dat wel doet en zich verdiept in het paranormale, speelt met vuur want hij zet onbekende
krachten in beweging.
je mag Hem in de verf zetten, en dat zelfs wereldwijd!
Een juist godsbeeld is natuurlijk nuttig. Het is een basisvereiste voor een juiste relatie met God. Het geloof in een wispelturige Griekse godheid kan geen zekerheid bieden. Is onze god slechts
één uit de velen, dan moeten al zijn uitspraken worden gerelativeerd. We hebben dan minder reden om hem te promoten en kunnen Hem misschien beter voor onszelf houden. Is god een
onpersoonlijk iets, dan is elk persoonlijk contact een illusie. Bidden is dan synoniem voor tot rust komen en mediteren, en anonieme spirituele krachten in ons laten werken.
Maar als, zoals de Bijbel leert, God een persoon is, waar de mens één en ander mee gemeen heeft – want geschapen naar zijn beeld – dan kunnen we ons best wat vragen stellen: wie is die God? Wat kenmerkt zijn persoonlijkheid? Laat Hij
zich benaderen en zo ja, hoe spreken we Hem aan? En als er slechts één God is - een God die alles overklast – dan mag je Hem met recht en rede in de verf zetten, en dat zelfs
wereldwijd! "Ik ben God, er is geen ander, Ik ben God, niemand is aan Mij gelijk." (4) – zo stelt Jahweh zich voor aan de profeet Jesaja in de achtste eeuw vóór
Christus.
het verlangen om erkend en geliefd te worden
Wie nadenkt over de grootheid van het heelal wordt duizelig en soms ook een beetje bang. Want overweldigende kracht zonder liefde is benauwend! Maar ook het tegendeel is waar: kracht
gecombineerd met liefde is aantrekkelijk, want het is heerlijk om je beschermd te weten door een sterke lieve vriend of vader.
"Wie niet liefheeft, kent God niet, want God is liefde" schrijft Johannes. (5) God heeft authentieke liefde als hoofdkenmerk. Hij is dus onbaatzuchtig
extravert en wil daarom contact leggen met de mens. Zo'n ontmoeting kan heel aangenaam zijn want Gods voornaamste kenmerk sluit aan bij het diepste verlangen van de mens: het verlangen om
als persoon erkend en geliefd te worden. Liefde werkt rustgevend, genezend en versterkend. ‘Ik woon in de hemel, ongenaakbaar, maar ook bij wie verdrukt worden, bij wie gering zijn. Ik
zal hen opbeuren en nieuwe moed geven."(6) God is dus onbereikbaar en toch nabij!
Liefde behoort tot Gods wezen. Maar een "alleenstaande God" kan geen liefde ZIJN. God moet dus wel bestaat uit meerdere personen, waartussen interactie mogelijk is. Want liefde vereist meervoud:
een eerste die een aanbod doet en een tweede die het aanbod al of niet aanvaardt. Die personen zijn liefst niet identiek, want anders spreken we van doublures, en zo'n relatie lijkt te saai voor
een liefdesband. Wie zich geliefd weet kan daar moeilijk over zwijgen, en dat geldt ook voor Jezus die niet nalaat om deze eigenschap van de Vader in de verf te zetten: "De Vader
heeft de Zoon lief, en heeft alle dingen in Zijn hand gegeven."(7)
Hij is niet "verplicht" schepselen te creëren
De God van de christenen is dus geen "alleenstaande" God en kan dus liefde ZIJN. Er is weliswaar sprake van één God die geen concurrenten heeft. Maar het is een God bestaande uit meerdere
personen die onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn, en die verschillen van elkaar. God is dus in staat om in zichzelf lief te hebben. Hij is niet "verplicht" schepselen te creëren om lief te
kunnen hebben. In alle eeuwigheid was, is en zal Hij "LIEFDE" zijn, en dat ook los van de mens.
Maar echte liefde is van nature extravert en verlangt om mee te delen. En in die zin was God misschien dan toch in zekere zin verplicht om een vrije mens te scheppen.
Liefde vereist DRIE-eenheid, maar drie-EENHEID vereist natuurlijk ook liefde. Volmaakte eenheid in verscheidenheid is slechts mogelijk indien God liefde is. Anders krijg je vroeg of laat in die
hemel Griekse toestanden: goden die elkaar beconcurreren, ruzie maken en mensen gijzelen.
drie modi of verschijningswijzen?
Sommigen zien de Drie-eenheid als drie modi of verschijningswijzen van eenzelfde persoon, zoals water vast, vloeibaar of gasvormig kan zijn. Maar die vergelijking doet God tekort. Dat is ook zo wanneer Vader, Zoon en Geest beschouwd worden als drie titels of etiketten om de kenmerken
van eenzelfde persoon in te delen. Neen, het wezen van God vereist onderscheiden personen, elk met eigen kenmerken en een eigen wil. Drie-eenheid is dus geen spitsvondigheid die middeleeuwse
theologen opgedrongen hebben aan God en mens. Neen, het is eenconditio sine qua non,voor een Liefdevolle God.
hoe de mens door de eeuwen heen God intuïtief ervoer
Vooraleer we de Bijbel verder exploreren, vragen we ons af hoe de mens door de eeuwen heen God intuïtief ervoer. Want het is merkwaardig hoe de diverse godsbeelden die we voorheen aantreffen,
aanleunen bij de drie Personen die de Bijbel presenteert.
Vooreerst (I) beseffen de meeste mensen dat er iets is dat hen overstijgt: een Opperwezen in een andere dimensie. Een Wezen dat de beperkingen van tijd en ruimte overstijgt en misschien ook
invloed uitoefent op het reilen en zeilen van deze wereld. Vandaag is dat soort geloof in de westerse wereld afgezwakt tot het iets-isme, want er moet wel 'iets' zijn.
Ten tweede (II) willen mensen God ook zien en een plaats geven in hun leven. Ze willen hem betasten, hem persoonlijk ervaren. De mens vond goden en godinnen uit en maakte afgodsbeelden voor wie
hij zich kon buigen, letterlijk en figuurlijk. Want voor velen zijn geld, comfort, macht, wellust… de nieuwe afgoden, waaraan eigen geluk en vooral geluk van anderen, worden opgeofferd.
Ten derde (III) wil de mens Gods aanwezigheid ook voelen in zichzelf. Velen hebben zich geopend voor kennis en ervaring uit alternatieve bronnen en worden zo een medium voor een geestenwereld. Zo
kom je uit bij spiritisme of occultisme en in het worst-case scenario bij satanisme. New Age is een eigentijdse vorm van zo'n alternatieve godsbeleving.
geen ander godsbeeld is de moeite waard
Samengevat: de menselijke ervaring sluit aan bij het concept van de drie-ene God met (I) een transcendente Vader, (II) een Zoon die onder ons gewoond heeft en de onzichtbare God zichtbaar maakt
en (III) een Geest die de mens wil vervullen.
De intuïtieve kennis omtrent Vader, Zoon en Geest werd echter verstoord en ontdaan van de essentie, namelijk de liefde. De Vader werd vervangen door steriele hemellichamen, de Zoon door dode
afgodsbeelden, Gods Heilige Geest door bedrieglijke vervuilende geesten. Paulus beschrijft dat proces en concludeert: "De glorie van de onsterfelijke God hebben zij vervangen door beelden van
sterfelijke mensen en van beesten die vliegen, die lopen en die kruipen."(8)
Wie de Bijbelse God leert kennen ontmoet het Liefdevolle Origineel met zijn drie rijke dimensies. Geen ander godsbeeld bevat die overvloed en is de moeite waard. Want wat ben je met een
almachtige god (I) die alles overziet, als hij zich niet openbaart (II) en als hij je niet kan bezielen (III)?
Johannes begint zijn evangelie met beschouwingen over de Zoon, die zich naar mensenmaat verkleind heeft, om ons de hand te kunnen schudden. "Het Woord is mens geworden en heeft bij ons
gewoond, vol van goedheid en waarheid, en wij hebben zijn grootheid gezien, de grootheid van de enige Zoon van de Vader. ... De wet is door Mozes gegeven, maar goedheid en waarheid zijn met Jezus
Christus gekomen. Niemand heeft ooit God gezien, maar de enige Zoon, die zelf God is, die aan het hart van de Vader rust, heeft Hem doen kennen."(9)
een antwoord op ogenschijnlijke tegenstrijdigheden
Sommigen zien in het concept "drie-eenheid" een gelijkenis met goddelijke triaden in primitieve godsdiensten. Je ziet daar een familie met vader-god, moeder-godin en zoon, zoals Osiris, Isis en
Horus in Egypte. Zij vrezen dat die elementen in het christelijk geloof zijn geïnfiltreerd, want het is waar, het etiket drie-eenheid wordt in de Bijbel niet gebruikt. Maar dat argument geldt net
zo goed in de andere richting, want steeds weer wordt het origineel nagebootst en het feit dat sommige andere godsdiensten iets kennen dat lijkt op de drie-eenheid, kan dus een positieve
indicatie zijn.
De eenheid en verscheidenheid in het godsbeeld, geven trouwens een antwoord op een aantal ogenschijnlijke tegenstrijdigheden in de Bijbel. Daar waar God aan Mozes antwoordt "Mijn gezicht zul
je niet kunnen zien, want geen mens kan Mij zien en in leven blijven"(10), zegt Jakob "Ik heb God gezien, ik heb oog in oog met hem gestaan en ik
ben in leven gebleven’(11).
De eerste uitdrukking betreft god-type-I en sluit aan bij God die woont in een ontoegankelijk licht. De tweede uitdrukking hoort bij god-type-II en doet denken aan een levensveranderende
ontmoeting met Jezus. "God in ons" gaat dan weer over god-type-III, en dat vind je vooral in het Nieuwe Testament, nadat Jezus de weg tussen God en mens heeft vrijgemaakt.
Het feit dat God in wezen liefde is, blijkt natuurlijk ook uit hetgeen Hij van de mens verlangt: LIEFDE! Want dat is het eerste en het tweede gebod van de 10 geboden. Jezus vat het als volgt
samen: "Heb de Heer, uw God, lief met heel uw hart en heel uw ziel, en met heel uw verstand. Dat is het grootste en eerste gebod. Het tweede gebod is even belangrijk als het eerste: u moet uw
naaste liefhebben als uzelf. Alles in de Wet en in de Profeten hangt af van deze twee geboden."(12)
God wil dus dat de mens liefheeft met alles wat in hem is. Ook die boodschap is uniek. Welke andere godsdienst waardeert andermans belang – vriend én vijand – in zulk een hoge mate? De Bijbelse
boodschap zit logisch in elkaar!
in Hem woont het hele wezen van God in een lichamelijke gestalte
Het woord drie-eenheid wordt in de Bijbel niet vermeld, maar het concept is duidelijk aanwezig. In het Oude Testament moet je tussen de regels lezen, want de komst van de Zoon wordt wel
profetisch aangekondigd, maar Hij is nog niet gekomen. Je moet inderdaad vanuit het Nieuwe Testament achterom kijken.
Vader, Zoon en Geest bestonden vóór de schepping van het universum. Elkeen heeft zijn eigen persoonlijkheid, zijn eigen kenmerken, zijn eigen plaats, zijn eigen manier van werken. Zij handelen
onderscheiden van elkaar, maar vullen elkaar harmonisch aan. Zij inspireren, onderwijzen, verzorgen, beschermen... Zij zijn blij of bedroefd, dankbaar of gegriefd. Ze maken zich kwaad en schenken
vergeving.
De Vader is de ongeziene INITIATOR, de achterliggende bron of oorzaak. Hij nam het initiatief voor de creatie van het universum en bepaalde de tijdslijn van het verdere verloop. Hij werkte een
plan uit om de gebroken mens te herstellen en stuurde het handelen van de mensgeworden Jezus aan.
De Zoon is de ACTOR die de initiatieven van de Vader uitvoert. Door zijn woord schept en onderhoudt hij het universum. Hij maakt Gods persoonlijkheid zichtbaar door woord en daad en Hij schenkt
zijn aardse leven weg om mens en God te verzoenen. Maar de Zoon is natuurlijk meer dan een agent van de Vader, want "in Hem woont het hele wezen van God in een lichamelijke gestalte".(13)
De Heilige Geest is het MIDDEL of de KRACHT waarmee het universum werd geschapen en wordt onderhouden. Gebruikmakend van de kracht van de Geest deed Jezus al zijn werk. Door de Geest kunnen ook
wij God ervaren.
De Geest wordt gesymboliseerd door wind en vuur: onvoorspelbaar in zijn initiatieven en met een zuiverende werking. Maar ook door een duif, die wegvliegt wanneer de rust verstoord wordt, want God
dringt zich in regel niet op en hij neemt ook afstand wanneer een mens niet gediend is met zijn gezelschap of het tegengestelde doet, dan wat God van hem verwacht.
Jezus beschrijft de Geest niet als een anonieme kracht, maar wel als een persoon die in ons kan wonen - een advocaat, een leerkracht ... maar dan met goddelijke eigenschappen: "Dan zal Ik de
Vader vragen jullie een andere pleitbezorger te geven, die altijd bij je zal zijn: de Geest van de waarheid... Hij woont in
jullie en zal in jullie blijven.... De Helper die de Vader jullie in Mijn naam zal zenden, zijn Heilige Geest, zal jullie verder in alles onderrichten: Hij zal jullie alles laten begrijpen wat Ik
jullie gezegd heb."(14)
God in het meervoud
Het feit dat God meervoudig is, ligt in de lijn van het Hebreeuwse taalgebruik. Meer dan 2000 maal wordt Hij in het Oude Testament aangeduid met Elohim – een meervoudsvorm die eigenlijk
"Goden" betekent. Zo ook in het allereerste Bijbelvers want “In den beginne schiep Elohim (= Goden) de hemel en de aarde”(15), en dat
terwijl Eloah in het enkelvoud ook bestaat. Dat woord komt circa 250 maal voor, en dan meestal met betrekking tot afgoden.
Tegen de grammaticale regels in wordt het meervoud Elohim in het hiervoor vermelde vers en op andere plaatsen gevolgd door een werkwoord in het enkelvoud. Dat onlogische taalgebruik wordt logisch
wanneer de teksten inderdaad impliciet verwijzen naar Gods bijzondere natuur.
Later in de Bijbel vinden we bij Mozes het Shema Yisrael of de Joodse geloofsbelijdenis: “Luister Israël! De HEER is onze God, de HEER is één!"(16). De laatste zin beduidt eigenlijk “Jahweh onze Elohim (Goden) is één Jahweh”.
Wanneer God over zichzelf spreekt, gebruikt Hij soms de meervoudsvorm: "Laten Wij mensen maken die Ons evenbeeld zijn, die op Ons lijken"(17). En
de daad wordt bij dit woord gevoegd want die mens wordt ook geschapen als een drie-eenheid (ziel, geest en lichaam) zodat de mens ook wat dat betreft, enige gelijkenis vertoont met
Hem.
Sommigen zien dat taalgebruik als een pluralis majestatis. Nu nog is die meervoudsvorm gebruikelijk wanneer, in koninklijke besluiten, het staatshoofd aan het woord is. Dat was ook zo bij de
Romeinse keizers, maar volgens sommigen bestond dit gebruik reeds in Babylonië en Kanaän. We moeten dus voorzichtig zijn met de conclusies uit dit taalgebruik want misschien heeft dat meervoud
toch een religieuze oorsprong.
het zwaartepunt ligt bij de Vader
Ook in het Nieuwe Testament is er op tal van plaatsen impliciet sprake van de Drie-eenheid. Bijvoorbeeld in de uitspraak van Jezus: "Wanneer de pleitbezorger komt die ik van de
Vader naar jullie zal zenden, de Geest van de waarheid die van de Vader
komt, zal die over mij getuigen. Wanneer de Trooster komt, die Ik u zenden zal van de Vader, de Geest der waarheid, zal Hij u de weg wijzen tot de volle waarheid... al wat
Hij hoort, zal Hij spreken en de toekomst zal Hij u verkondigen".(18)Jezus en de Heilige Geest handelen hier zelfstandig: Jezus zendt, en de Geest wijst de weg, hoort, spreekt en verkondigt. Vader, Zoon en Geest
hebben elk een eigen wil en eigen emoties. Elk is waarlijk God, maar de ene bestaat niet los van de anderen.
Na zijn verrijzenis uit de dood geeft Jezus de opdracht "Doop hen in de naam van de Vader, en van de Zoon en van de Heilige Geest"(19). In
die zin worden Vader, Zoon en Geest vermeld als eenheid, want "in de naam van" heeft betrekking op alle drie tezamen en kan dus niet gelezen worden als "in de naam van de Vader, en
in de naam van de Zoon en in de naam van de Heilige Geest". De doop is een ritueel dat dat de aanvang inluidt van een nieuw leven, met in de hoofdrol de mens + drie Personen.
De traditionele volgorde Vader, Zoon en Geest is terug te vinden in deze teksten, maar zij wordt in het Nieuwe Testament niet altijd gerespecteerd. Toch lijkt die volgorde te tonen hoe deze
Personen zich verhouden tot elkaar. Het zwaartepunt ligt bij de Vader. En de Heilige Geest treedt op wanneer Vader en Zoon daarom vragen. Uit andere teksten blijkt dan weer dat de Zoon uitvoert
wat de Vader wil. Hiërarchie of een gezagsverhouding lijkt in de Godheid reeds aanwezig. Maar in die relatie betekent dat harmonische samenwerking en louter vreugde!
Hoe Bach de Drie-eenheid heeft willen verklanken: drie duidelijk onderscheiden persoonlijkheden, maar opgenomen in
een grote muzikale eenheid (Fuga in Es-dur (BWV 552b) van Johann Sebastian Bach)
een ontegensprekelijke meerwaarde
Elk beeld van de Drie-eenheid doet haar tekort aan. Maar omdat een beeld (met enige overdrijving) meer dan duizend woorden zegt, wordt hier een ring getoond die Trinity® of
Drie-eenheid wordt genoemd.
Het goud symboliseert Gods zuiverheid en perfectie, en de ring wijst op het tijdloze want er is begin, noch einde. Elke ring heeft zijn eigen uitzicht, maar tezamen vormen ze slechts één ring, en
de combinatie geeft het geheel ontegensprekelijk een meerwaarde.
Paulus sluit zijn brief aan de Korintiërs af met een zegen die een mooie afsluiting vormt van dit artikel, omdat het de lezer laat delen in al de rijkdom. "Ik bid dat de Heer
Jezus Christus in alles goed voor jullie zal zijn. Ook dat jullie vol zullen zijn van de liefde van God en dat de Heilige Geest jullie in alles zal helpen".(20)